Wat moet de baby aan?

Binnen:

Als je je je baby binnenhuis in de draagdoek draagt, is het lekker als ie comfortabele kleertjes aan heeft. Een jumpsuit of playsuit is een goede optie. Stugge spijkerbroekjes of strakke truitjes en vestjes met grote knopen kunnen vaak niet lekker zitten bij je kindje.  Ook moet je er rekening mee houden dat je kindje het warm kan krijgen doordat ie een laag stof van de doek over zich heeft, tegen een lekker warm lichaam aan gedragen word en de verwarming misschien ook nog aan staat. Wees er dus alert op dat je kindje het niet te warm heeft; controleer op zweten. Meestal is dus een lekkere jumpsuit of zacht broekje met hemdje al genoeg. Pasgeborenen kan je een mutsje of strik/koord mutsje opdoen.

Geweven doeken zijn er in allerlei soorten met verschillende stoffen; zo heb je bijv. doeken met katoen, linnen (koeler in de zomer), wol (warm in de winter, koel in de zomer), bamboe, hennep, zijde en bijv. cashmere. Deze eigenschappen kunnen ook de temp. in de doek beinvloeden.

Buiten:

Als je lekker naar buiten gaat met je kindje, is het belangrijk dat je kindje het natuurlijk niet te koud krijgt.

Als je een draag-poncho of -jas  over je draagdoek gebruikt, is het niet nodig je kindje een jas aan te trekken, een (bivak)muts en eventueel sjaaltje is genoeg. Lekkere sofsloffen of babyslofjes houden de voetjes van je kindje warm.

Als je je kindje over je jas draagt in de draagdoek, trek je het lekkere warme kleren aan zoals een jasje, muts en eventueel sjaaltje, lekkere beenwarmers en warme slofjes. Je hebt ook lekkere fleece pakken uit 1 stuk, de uiteinden van de armen en benen kan je meestal omslaan zodat handjes en voetjes niet koud worden. Er zijn bivakmutsjes van wol op de markt die je kindje lekker warm houden als hij bijv. niet van een muts houdt en deze af wil trekken.